Studieschuld minder belastend voor hypotheek

Mensen met een studieschuld worden vanaf april 2013 minder streng bekeken door banken en verzekeraars bij de aanvraag van een hypotheek. Bij het berekenen van de leencapaciteit wordt voortaan uitgegaan van een maandlast van 0,75% van de oorspronkelijke lening.

Studieschuld wordt vanaf 2013 kleinere last voor hypotheek

De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB), het Verbond van Verzekeraars en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) hebben afgesproken dat voortaan bij het berekenen van de leencapaciteit de studieschulden als een minder grote last worden beoordeeld. Nu gaan banken en verzekeraar nog uit van een studieschuld die zorgt voor een maandlast van 2% van de oorspronkelijke lening. Vanaf 2013 wordt 0,75% van de lening als maandlast gehanteerd.

Staatssecretaris Zijlstra (onderwijs) heeft met dit besluit antwoordt gegeven op Kamervragen van PvdA-leden Jadnanansing en Monasch. Zij hadden verwezen naar de site van De Hypotheker, waarop staat vermeld dat geldverstrekkers er conform de gedragscode voor hypothecair financiers van moeten uitgaan dat een studieschuld zorgt voor een maandlast van 2% van de oorspronkelijke lening.

“Tot op heden is het echter aan aanbieders zelf om te bepalen hoe zwaar studieschulden worden meegewogen bij het bepalen van de leencapaciteit”, stelt Zijlstra echter. De gedragscode bevat de 2%-norm voor aflopende kredieten. “Studieleningen hebben een ander karakter dan een consumptief krediet.”

Het streven is om de nieuwe norm van 0,75% vanaf april 2013 te gaan hanteren. “Dit percentage reflecteert de gemiddelde maandelijkse lasten van een studielening uitgaande van de maximale rente van de nu lopende renteperiodes.” Banken en verzekeraars kunnen hierdoor berekenen wat iemand maandelijks aan rente en aflossing kan betalen.